miércoles, noviembre 16, 2005

Gentlemen-sjotters

Het is 7 uur en de wekker gaat. De volgels zingen dat het een lieve lust is. Ik zwiep mijn arm naar het klokje, maar mis. De wekker staat net buiten mijn bereik, in wakkere toestand ken ik mijzelf blijkbaar beter. Piep-piep-piep…ik, de gebrevetteerde slaper, moet wel in beweging komen om het scherpe lawaai uit te slaan. Mijn laffe ik is altijd eerder wakker dan de held. – Ach blijf toch liggen…ze zullen toch ook telaat komen. – Allé, sta op!!! Als jij zelf al telaat komt wat voor voorbeeld ben je dan.
Ik voel de vermoeidheid uit mijn frêle enkels op stijgen naar knieën en verder. En terwijl ik mijzelf overeind hijs, dringt vaag tot mij door waaraan ik dit krampachtig lichaam te danken heb.
Onder de melkwitte wolken en op een hoogte van liefst 4000 speelden we op een erbarmelijk grootveld bij vlagen geweldig frivool voetbal. Halverwege de wedstrijd en in het schelle licht van de zon die zijn hoogste stand had bereikt liep ik reeds uitgeput als een astmatisch puffend paard au bain mairie te stoven…moest mijn uiterste best doe om overeind te blijven…maar opgeven komt tegenwoordig in mijn woordenboek niet meer voor. De tegenstanders stoven furieus op mij af als beren op honing. Ze staarden zich blind op deze gringo en gaven het volle pond, getuigen hiervan zijn mijn blauwe benen. Met geniale bewegingen wouden ze mij voor schut zetten. Doch in het stoemelings scoorde ik de winninggoal terwijl de zweetdruppels op mijn voorhoofd een waterval vormden …en won zo het respect van de ploegmaats. Als ze je door de benen spelen, hoor je dit nog maanden! Maar als ik ze op hun plaats zet, krijg ik wel respect. Dan beseffen die gasten dat dit ook mijn territorium is. Het gaat om respect op straat en met voetbal dwing je dit af.
Niet de overwinninggoal maakte me zo fier als een pauw alswel dat ik dankzij de voetbal hun vertrouwen won en hen hierdoor op andere terreinen kan helpen. Dat het dankzij de sport is dat ik deze schoenpoetsers verzameld heb. Dat ze zich niet murw laten slaan door berusting maar zich als het ware in een soort van syndicaatachtige organisatie avant la lettre verenigen. Er is nog veel werk voor de boeg maar de voldoening die ik haal uit dit nieuw project compenseert ruimschoots mijn ongemakkelijk ochtendlichaam.
Onze ploeg is een bont allegaartje van bizarre types: eentje ziet eruit als een kloon van Eddy Wally, een andere zijn aftershave waarmee hij zich besprenkelt stinkt naar wc-eend, de jongste heeft grappig piekhaar, de oudste kerstmannetjeswangen, de middelste loopt erbij met drie eenzame tanden, de kleinste met een reusachtig eivormig hoofd, de grootste met een enorme boshaar die als een onafhankelijke entitiet op de kruin van zijn hoofd balanceert waar blijkbaar de wetten van de zwartekracht niet gelden, de magerste spreekt een paar vlaamse woordjes (suppergrapig natuurlijk), de zwaarste heeft een echte Chavez-snor, de liefste maar één broek, de grappigste een lege bovenkamer, de lelijkste een enorme dosis voetbaltalent, de slimste een drankprobleem, de keeper vijf kinderen, de grappigste ogen als glazige eieren, …, en ikzelf een pijnlijk ochtendlichaam.
Maar allen zijn het de crème de la crème van gasten met een eeuwig durende glimlach. Ik prijs me gelukkig om met hen te kunnen werken, een gevoelsding van jongens onder elkaar, je moet het aanvoelen het straatleven. Tijdens de week poetsen ze dagelijks het schoeisel van zakenlui op straat. Hun gelaat steeds verborgen onder hun bivakmuts waardoor ze zo sterk op elkaar lijken dat ik ze niet uit elkaar kan houden. Zaterdag in de schemering van de ondergaande zon trainen we gretig op een troosteloos bouwvallig betonnen straatpleintje in El Alto, ingeklemd tussen de rotzooi en huizen die als adelaarsnesten tegen de rotswanden zijn genesteld. Daags nadien lopen we ons de longen en de ziel uit het lijf voor een eervolle overwinning tijdens het kampioenschap. Als het lukt volgen een week lang de roes en de heroïsche verhalen op straat onder de honderden schoenpoetsers … bij verlies kijken we reikhalzend uit naar een revanche de week nadien.
Ofschoon ze leven van de hand in de tand betekenen de hellingen in de verte nu meer voor mij dan alleen maar een stukje armoede.

Hoe het met mijn andere proyecten gaat (renovatie van het sportveldje bij Therapio Varones, vakantieprogramma bij Mendez Arcoss, olympisch sportweekend in een tehuis in de Yungas, …) hoor je volgende keer.
Zalige groetjes nog aan allen uit "den Bolivie"

miércoles, noviembre 02, 2005

Niet voor gevoelige lezers!!!

Het fenomeen om in alle rust en los van alle beslommeringen en roddels een bezoekje te brengen aan het koninkrijk is hier even vreemd als een wandeling op de maan. Ter illustratie twee waargebeurde gevallen die zich met de regelmaat van de klok herhalen:
GEVAL 1:
Ik red het wel. Sneller. Sneller. Ga uit mijn weg. Ik moet stante pede naar de plee. Ik red het wel. Nog 1 km en ik ben thuis. Dat is 7 min doorstappen of neem ik de binnenweg dat is 1 min rapper. Ik haal het niet. Dan maar naar het restaurant onderweg. De druk bouwt op. M'n maag rommelt als een boa die een grasmaaier heeft ingeslikt en in mijn darmen gonst het van de bedrijvigheid. Tijd is relatief. Als je het druk hebt gaat het snel. Als je naar de toilet moet duurt iedere minuut een uur. Ik probeer aan iets anders te denken. Ook dat helpt niet. Ondertussen kijken de voorbijgangers maar raar op naar mijn zenuwachtige regendans passen. De verlossing is nabij. Ik bereik het restaurant en zeg snel doch beleefd ´Hola, señor’. De kleine ruimte is binnen bereik. Nog een laatste krampachtige sprint naar de witte bril. Verdomme de wc is bezet, die wet van Murphy toch altijd. Ik probeerde een spaanse verwensing te formuleren en toen ik daar na veel vijven en zessen niet in slaagde ... een ´merde´ maar. In sneltempo grijp ik met twee handen naar het handvat van het andere perzikkleurige wc-hokje. Een laatste pijnscheut trekt door mijn lichaam. Nog een milliseconde. Knoop los. Gered! Ik hoest uit beleefdheid om mogelijke bijbehorende geluiden te camoufleren.
Vanwege het waterige karakter van mijn boodschap was het een TRRRRRR!!!!!! ipv van een plof. Over wat er daar verder gebeurde zal ik niet ´au fond´ uitwijden en jullie de details besparen. Soit, ik kan nog wel vertellen dat de hachee met uien van de vorige dag onnodig geconsumeerd waren.
Van nagenieten is er hier ook geen sprake want bij fase 4 blijkt dat er geen closetblaadjes beschikbaar zijn. Niet dat het papier op is. Nee-nee, het is er nooit geweest. Gelukkig had ik als ervaringsvolle gringo een rol in mijn rugzak. Ook daarna moet je je blijven concentreren want de van kindsbeens af aangeleerde automatische werktuigelijke handeling om de geconsumeerde blaadjes in de pot te gooien is hier een taboe. Het hoort in het vuilnisbakje naast je. En die is natuurlijk, jawel boordevol. Over de gebrekkige hygiëne ga ik het echter niet hebben ... maar dat het de enige momenten van heimwee zijn moet voldoende zijn. Telkens sluit ik er mijn ogen en denk met enige nostalgie aan de schone muren waar je jezelf in ziet glinsteren en het lijkt alsof je voor een waterplas zit. Heimwee naar de toiletspray waardoor je je waant in een bos of aan zee. Kortom, heimwee naar Mister Proper.
GEVAL 2:
Het is paniek des huize bij Segaert: het is ochtend, heb een afspraak maar het noodlot slaat definitief toe: de WC blijkt verstopt! Een nieuwe Boliviaanse mini blokkade. Geen pretje echter want de darmcrisis neemt toe. Probeer met een stok te peuteren en nog iets te bereiken maar het is zinloos. Dit is een echte verstopping: het herstellen vraagt om groot materiaal. Het is geen alarmbelletje meer dat in mijn hoofd nu rinkelt – het zijn grote klokken. De andere klok die tikt verder en ik wordt ongeduldig. Na 10 minuten van hoge nood besluit ik nog een poging te wagen met een ijzeren draad...en godzijdankt het brengt soelaas. De baño spoelt weer door en ik haal opgelucht adem. In no-time kom ik weer op aarde na mijn dringde boodschap en voel de spanning waarvan ik ten prooi was geweest wegebben. Opluchting en euforie valt mij ten deel, samen met een gevoel van overwinning. Een sherlock Holmes-achtig verlangen om de oorzaak te ontdekken bracht me ertoe mij te wagen, op een terrein dat ik verafschuw, dat van de analyse. Het resultaat moet
waarschijnlijk het best bewaarde geheim van Amerika zijn sinds de ontdekking door Columbus zo´n 500jaar geleden. Namelijk er is een verschil in dikte en grote tussen het Zuid-Amerikaanse en West-Europeese bruin goedje.
Deze conclusie verklaart natuurlijk het groot aantal radeloze loodgieters die heden een hele dag op de stoep staan te wachten met hun kabas waarop staat geschreven ´plomero’. Daar er nu een weinig toeristen zijn is de werkloosheidsgraad in deze branche namelijk fors gestegen.

Ziezo, deze taboes zijn ook weer de wereld uit. Bovendien leverde mijn martelingen een nieuw spreekwoord op: “Wat baat een pot en wc-bril als de drol er niet in wil”

En next time...zal ik jullie op de hoogte brengen van de verdere ontwikkelingen van mijn werkzaamheden. Hasta luego amigos!!!