Stairway to heaven.
Ergens in de verte sloeg een kerkklok. Ik dacht dat ik de enige was die hem hoorde, want niemand anders gaf daar blijk van, of leek zelf maar van tijd te hebben gehoord. Niets wees erop dat iemand wist dat de enentwintigste eeuw aangebroken was en al meer dan 5 jaar voorbij was. Aan hun manden, kleren, werktuigen en ezels viel zelf niet af te lezen dat de renaissance was gekomen en voorbijgegaan of dat er verlangend naar werd uitgezien.
Achocalla heet dit bijna ingedommeld plaatsje zo´n 20 km verwijderd van La Paz, waar over de zanderige stegen tussen de huizen, lage struikgewas en beekjes in varkens, kippen en schapen door elkaar kuieren en tussen de elektriciteitspalen waslijnen worden gespannen. Het is er zo vredig. Zo ontzettend vredig.
Dit schilderachtig decor vormt sinds kort de achtergrond voor mijn voetbaltrainingen aan een bende gibberende en giechelende meiden en een duimzuigend jongentje aan mijn broekspijp. Enkele oudere mannen kijken van achter de zijlijn maar grimmig naar mij. Dat ze deze emancipatie revolutie nog moeten meemaken. Al merk ik uit eerste hand het belang van deze integratie. Een klein oud vrouwtje dat zo van het omslag van de National Geographic lijkt te zijn gestapt kijkt daarentegen geamuseerd en triomfantelijk. Dat ze dit nog mag en kan meemaken.
De fabelachtige schoonheid is in fel contrast met het verbeteringsgesticht "Therapy Baronnes" waar ik eens in de week de sportactiviteiten verzorg. (tenzij de nationale ploeg komt aankloppen neem ik geen nieuwe projecten meer aan !!!)
De duifgrijze kazerneachtige afgetrapte guurheid deed me direct denken aan de film "Sleepers". De tekenen van verval en verwaarlozing zijn allomtegenwoordig; los in scharnieren hangende verveloze deuren, gaten en barsten in de gekalkte muren, fraaie witte stopcontacten hangen los aan een draad, vochtvlekken vormen een triestig mozaïk, naar schimmel en stof ruikende kale,kille kamers met slechts een bleek peertje aan het plafond en buiten schilfert reeds de ooit onder de ramen aangebrachte vrolijk gekleurde vlakken. Er is nergens gras of een boom te bespeuren, alleen gebarsten grijze beton.
De directeur ervan keek op van zijn papieren en zijn bril zakte van zijn neus. Hij wreef in zijn met brillantine opzij gekamde haren en wenste me met enig cynisme succes toe. De wegkwijnende kamerplant, dacht ik, hij had nog geen vlieg kunnen doodslaan in zijn toestand. Apropos, de "stoute jongens" in hun tot op de draad versleten kleren zijn geen haaien maar vreedzame dolfijnen die uitkijken naar een nieuwe kans in een land waar kansen gering zijn. Ik zou echter deze ontmoetingen voor geen goud willen missen want we liggen er om de haverklap dubbel van het lachen.
Het lachen was m´n metgezel vergaan in de tweede berghut toen de hoogteziekte hem te grazen nam tijdens de beklimming van de berg "Huayana Potosi" (6088m!!!) Het walhallah van elke berg-liefhebber.
Voor dag en dauw, in het ijskoude duister van 1 uur ´s nachts en uitgerust met het nodige materiaal (o.a. thermisch pak, ijshouweel, veiligheidskoorden, voetkrammen, koplamp, alpaca-muts, twee paar kousen en wanten, een dammarke en veel slechte chocolade) vertrok ik nog enkel met de gids door sneeuw naar de top. Dankzij de bijna volle maan was het nog zo licht dat we de sproeten op elkaars neus konden tellen. Na 5 uren van zwoegend, inspannend en werktuigelijk geklauter door de ijskou en tegen de wind in optormend stond ik oog in oog met de laatste immense ijsmuur (300m al leken het er wel 3000). Bij elke stap die gepaard ging met een uiterste krachtinspanning leek het of de top steeds mijlenver van mij weg liep.
De beloning op de top was een temperatuur van -23 graden en een naamloze vreugde die in mij opwelde, van het soort dat alleen een krankzinnige inspanning teweegbrengt. Als klap op de vuurpijl kleurde de horizon rood en kort daarna verscheen de zon. Ik liet me hypnotiseren door de skyline voor en achter mij en kon praktisch de hele wereld zien. Mijn bruine ogen waren nog dagenlang gecharmeerd en vol verbazing van deze puurheid.
Op de terugweg ´s nachts reed de jeep met de lichten uit, dwars door de velden heen om zo de blokkades (steenwerpers!) te ontvluchtten. Maar over de penibele toestand, de chaos, protesten, marsen en betogingen die de hele stad en land lam leggen vertel ik de volgende keer meer.
Vanwege den andinist, die de lekkere chocolade mist.
3 Comments:
Smeerlapke... Andinist...
Voetkrammen, CRAMPONS zulde bedoelen.
Wacht maar...
Fred,
Uit bezorgdheid om je persoonlijke heil, volgende tips over 'hoe overleef ik een revolutie':
- vermijd politieke uitspraken als 'privatiseren? dat is voor communisten' of 'ik ben een persoonlijke vriend van Karel De Gucht'
- verzwijg je aandelenpakket bij Electrabel en Sibelgas. Ook je vastgoed op de Kaaimaneilanden is een te mijden onderwerp.
- dweep met revolutionaire helden, genre Guevara en Lumumba. Steve Stevaert hoort daar tot nader orde niet bij.
- als iemand je op straat uitscheldt voor kapitalistisch zwijn, loop dan gewoon verder. Het heeft geen zin op zo'n moment de economische beginselen van de vrije markt uiteen te zetten.
- let op je kleding. Vele revoluties hebben een kleurentint. Wees voor één keer modebewust.
- opportunisme troef. De helden van vandaag zijn de criminelen van morgen.
- Zeg zeker niet dat je in een vorig leven mensen liet dagvaarden omdat ze hun ziekenhuisrekening niet konden betalen.
Voor de rest... hang in there.
Ronny
e-zine Wereldscan
van 6/06/2005 tot 12/06/2005
Bolivia: energiedispuut doet ook president Mesa de das om
Na ruim twee weken van ten top gedreven spanning en wegblokkades, heeft de Boliviaanse president Carlos Mesa maandagavond zijn ontslag ingediend. De grond van alle ongenoegen is de schijnbaar onoplosbare kwestie van het Boliviaanse gas. Dat thema is inmiddels gekoppeld aan de vraag naar autonomie -een vraag die van de gasrijke regio's komt - en de eis om een grondwetgevende vergadering bijeen te roepen, die de conflictieve thema's ten gronde moet regelen voor de toekomst. Hoe explosief het gasthema in Bolivia is, kon u al lezen in het MO*-nummer van december 2004.
Mesa was precies 20 maanden in functie en volgde in oktober 2003 de toen verdreven president Sánchez de Losada op. Aanhoudende protesten over de verkoop van het Boliviaanse gas kostten toen het leven aan 67 manifestanten, en leidden tot het verdrijven van de president. In tegenstelling tot Sánchez de Losada, heeft Mesa, ondanks de constante druk waaraan hij blootstond, geweigerd geweld te gebruiken om de protesten het zwijgen op te leggen. Hij zal dan ook de geschiedenis ingaan als "de president die weigerde te doden". Normaal moest Mesa opgevolgd worden door de voorzitter van de senaat of het parlement, maar die kregen niet het vertrouwen van de oppositiebewegingen. Uiteindelijk heeft de voorzitter van het Hooggerechtshof, Eduardo Rodriguez, aanvaard Mesa op te volgen
De VS brandmerken de inheemsen van Latijns-Amerika steeds vaker als terroristen, terwijl waarnemers in Latijns-Amerika vrezen dat de VS werken aan een nieuwe doctrine voor militaire interventies. "Washington begrijpt Latijns-Amerika niet", vinden zij. Volgens Roberto Stavenhagen, de speciale VN-gezant gelast met inheemse zaken, zijn de eisen van de inheemsen terecht. Die maken het grootste deel van de bevolking uit, maar hebben hun belangen nooit behartigd gezien.
Besluiteloosheid van het Congres verdiept de crisis (IPS)
Publicar un comentario
<< Home